maandag 10 maart 2014

Verzamelgeschiedenis, surrealisme in Boijmans

Referentie:

De surrealistische beweging ontstond in de jaren 20 van de vorige eeuw en omvatte onder meer de beeldende kunst, de literatuur en het theater. De beeldende kunst van deze stroming is goed vertegenwoordigd in de hedendaagse collectie moderne surrealistische kunst van Museum Boijmans van Beuningen. Met topstukken van grootmeesters als Dalí, Magritte en Delvaux. Maar hoe is Boijmans aan deze surrealistische collectie gekomen? Het museum is namelijk heel lang alleen een museum voor oude kunst geweest, met vooral veel oude schilderijen.

Plaatskenmerk:

De website van Museum Boijmans van Beuningen, geraadpleegd 26-02-14

Extract:

Het paar, Max Ernst, 1923Het eerste moderne/surrealistische werk van Museum Boijmans van Beuningen




Op de drempel van de vrijheid, René Magritte, 1930Het eerste moderne/surrealistische werk van Museum Boijmans van Beuningen




Creatieve commentaar:


Boijmans is heel lang een museum voor oude kunst geweest, met vooral veel oude schilderijen. Na de oorlog was de directeur van Boijmans Court Ellingen Wubben (directeur van 1950 tot 1978), hij wilde ook heel graag een collectie moderne kunst oprichten. Omdat hij het zowel interessant als belangrijk vond om in een museum zowel oude als moderne kunst te laten zien. Hij heeft daarvoor een conservator aangewezen, dit werd Renilde Hammacher. Zij stond voor de moeilijke taak om begin jaren 60 een collectie moderne en hedendaagse kunst te vormen. Heel bewust heeft zij toen eerst gekeken naar een gebied in de klassiek moderne kunst dat niet elders in Nederland werd verzameld en wat tevens bij het profiel van Boijmans past, dit waren de surrealisten.
Hammacher kende de Nederlandse musea die voor haar doen dicht bij elkaar lagen en ze wilde niet in diezelfde lijn van musea (die allemaal een eigen specialiteit hadden) verder werken; Den Haag met Mondriaan, Stedelijk met Pop Art en het van Abben Museum met abstractie.
Hammacher was in België opgegroeid met de surrealisten (o.a. Magritte), een stroming die zij heel interessant vond, daarom wilde ze Nederland ook kennis laten maken met de surrealisten.
In 1965 werden de eerste twee surrealistische werken aangekocht; ‘Het paar’ van Max Ernst en ‘Op de drempel van de vrijheid’ van René Magritte. Sindsdien is de verzameling surrealistische kunst aanzienlijk gegroeid. De grootste aankopen werden gedaan tussen 1977 en 1979. Uit de verzameling van de dichter Edward James, tevens mecenas van Magritte en Dalí in de jaren 30, werden toen twaalf werken van deze twee surrealisten aangekocht. Aldus werd de collectie surrealisten een van de belangrijkste pijlers van de museumcollectie. In 2005 werd de wereldberoemde ‘Mae West Lips Sofa’ van Salvador Dalí aangekocht, in 2007 ‘Paysage avec nuages roses’ van Yves Tanguy en in 2009 een ‘Shadow Box’ van Joseph Cornell.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten